PERSBERICHT
Ministerie van VWS erkent dat jarenlange dure wervingscampagnes voor orgaandonoren nauwelijks bijdragen aan toename orgaantransplantaties
Op Kamervragen van het Tweede Kamerlid Khadisha Arib (PvdA), naar aanleiding van een eerder persbericht van het burgerinitiatief 2 Miljoen Handtekeningen (2MH), heeft minister Schippers van VWS geantwoord dat de overheid ca. 20 miljoen euro heeft uitgegeven om in zes jaar tijd iets meer dan 300.000 JA-geregistreerden te werven[1]. Een toename die vrijwel geheel verklaard kan worden uit de bevolkingstoename. Het percentage geregistreerden steeg in die periode nauwelijks. De minister antwoordt eveneens dat de minimale doelstelling van de verhoging van het aantal orgaantransplantaties uit het Masterplan Orgaandonatie (2008-2014) niet is gehaald en onderkent dat de stijging die er wel was voornamelijk is toe te schrijven aan het oprekken van de leeftijdsgrens voor donoren en versoepeling van de criteria voor orgaandonatie.
De doelstelling van het Masterplan Orgaandonatie (2008-2014) was het dalen van de wachtlijst voor een donororgaan door vooral het werven van nieuwe orgaandonoren. Dat is nog steeds niet gelukt. Door dit tekort aan donoren komen er nog steeds te weinig nieren, harten en longen beschikbaar voor transplantatie. Vooral voor longen is er nu zelfs sprake van een schrikbarende daling!
De Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS) zal naar verwachting de onverminderd positieve toon van de Minister willen onderstrepen door binnenkort uit te komen met nu nog ongepubliceerde gegevens t.a.v. de daling van het aantal wachtenden op de actieve wachtlijst tot onder de 1000.
De feiten laten een ander beeld zien:
- De minister vindt het aantal wachtenden ook geen goede indicator (zie antwoord 2 op de Kamervragen 20-3-2012).
- Er is ook een niet actieve wachtlijst en die groeit alleen maar. Zie cijfers.
- De vraag is waarom de actieve lijst afneemt. Dat kan namelijk vele redenen hebben zoals 2MH beschreef in mei 2014 “Wachtlijstdaling Fata Morgana”
- Voor de patiënt geldt: Het is de wachttijd die bepaalt of je het haalt. Niet het aantal wachtenden voor u.
Verruimen criteria orgaandonoren leidt tot meer transplantaties
De NTS berichtte op 27 mei eveneens dat we in Nederland meer donoren hebben dan ooit tevoren. Een verklaring voor de (geringe) toename van het aantal orgaandonaties is het verruimen van de criteria voor ouderen. In vijf jaar is het percentage ouderen onder de geregistreerde donoren bijna verdubbeld omdat door toegenomen medische kennis nu donoren worden geaccepteerd die voorheen niet aan de gezondheids- en leeftijdscriteria voldeden. Door de verruiming van de leeftijdscriteria zijn er extra donoren gecreëerd zonder een verbetering van het systeem. Deze extra donoren waren er vroeger namelijk ook, maar werden niet geaccepteerd omdat het marginale donoren (organen van mindere kwaliteit) waren. Dit betekent dat het systeem waarin de afgelopen jaren vele miljoenen is gestopt niet wezenlijk tot een verhoging van het aantal donoren heeft geleid. De oprekking van de leeftijdsgrenzen (kosteloos) heeft dit juist wel gedaan en heeft ertoe geleid dat kwalitatief mindere organen nu wel worden geaccepteerd. Ook dit is een serieus teken aan de wand dat – ondanks de berichten over succescijfers – het donorsysteem faalt ten koste van mensenlevens.
Daling wachtlijst orgaandonatie leidt aandacht af van voortdurend tekort aan orgaandonoren
De ogenschijnlijke daling van de actieve wachtlijst voor een donororgaan met 48 patiënten tot minder dan 1000 patiënten vindt burgerinitiatief 2 MH een zorgelijke ontwikkeling! Deze daling is namelijk (mede) veroorzaakt door het overlijden van 58 patiënten op de wachtlijst en het afvoeren van 30 patiënten van de wachtlijst omdat ze te zwak zijn geworden voor orgaantransplantatie (Bron: Eurotransplant). Een daling om deze reden toont aan dat het huidige donorsysteem niet functioneert en onnodig mensenlevens kost. De daling tot onder de 1000 is dus geen succes en toont alleen symptoombestrijding aan.
Wachtlijst lager door toename donaties bij leven
Door de lange wachttijd zien familie en bekenden van nierpatiënten zich genoodzaakt transplantatie bij leven te overwegen. Dit verklaart dan ook de toename van 70% levende donatie. Doneren bij leven is vooralsnog alleen mogelijk bij nieren en is niet zonder risico voor de (gezonde) donor. De toename hiervan is voornamelijk toe te schrijven aan de urgentie bij nierpatiënten en de band tussen ontvanger en donor. Dit staat geheel los van maatregelen en effecten van orgaandonatie na overlijden. Wel is een afname van de wachtlijst deels te verklaren door nierpatiënten die een niertransplantatie ondergaan via een levende donor. Het is natuurlijk geweldig voor de nierpatiënten dat er zoveel gezonde vrijwilligers zijn die tijdens hun leven een nier afstaan. Het is echter triest dat door het falen van het systeem gezonde mensen gedwongen worden om ‘vrijwillig’ een nier af te staan.
Internationale ontwikkelingen
Andere Europese landen, zoals Schotland en Frankrijk, zijn inmiddels overgegaan tot een donorregistratiesysteem waarbij iedereen na overlijden orgaandonor is, tenzij men actief aangeeft dat –om welke reden dan ook- niet te willen. Zowel de regering van Schotland als het Franse parlement hebben hiervoor een meerderheid in het parlement omdat alleen deze wijziging het nijpend tekort aan orgaandonoren kan oplossen. Hiermee volgen deze landen het voorbeeld van vele andere Europese landen. Ook Australië had in 2014 ook 16,1 postmortale donoren per miljoen inwoners en is het debat over een ander systeem van donorregistratie gaande, omdat het aantal geregistreerde donoren ver achterblijft bij de vraag naar organen.
In het Nederlandse parlement is deze vraag ook actueel en wordt dit debat voorbereid.
Toename jongere orgaandonoren druppel op gloeiende plaat
De vraag blijft wat er effectief bereikt is met de inspanningen van overheid en NTS voor de werving van donoren via de “Ja” inschrijving in het donorregister. Van de jaarlijks benaderde doelgroep van 18 jarigen reageert maar liefst 65 procent niet op de oproep! Van de jongeren die zich wel registreren, zegt gelukkig 70% “Ja” om als orgaandonor geregistreerd te worden. Maar effectief zegt dus maar 25% van deze hele doelgroep “Ja” tegen orgaandonatie; een heel andere uitkomst dan de 90% die via tussentijdse standen door de NTS wordt uitgedragen. Dit is een duidelijk voorbeeld van selectief creatief omgaan met aantallen getallen door de NTS. De werkelijkheid is dat de grote meerderheid (60%) van de Nederlandse bevolking (en zelfs 65% van de persoonlijk benaderde jongeren!) niet reageert en de beslissing over orgaandonatie overlaat aan nabestaanden, die dan op een onmogelijk moment daarover een besluit moeten nemen.
— Einde persbericht —
[1] Met de aangegeven 20 miljoen euro is een toename van (5.820.131 – 5.365.129 =) 455.002 registraties gerealiseerd. Het ministerie geeft aan dat gemiddeld 70 % van de geregistreerden een “ja” registreert, wat een toename betekent van 318.501 potentiële orgaandonoren tussen 2008 en 2014. T.o.v. de totale bevolking (procentueel) verandert er dus bijna niets!